Actueel
‘Als je in de daklozenopvang terechtkomt, ben je een soort aangeschoten wild’, zegt Micha. Samen met Saïd en Henk richtte hij een stichting op die de mens achter de (ex-)dakloze vooropstelt en bijeenkomsten organiseert voor lotgenoten.
tekst petra hunsche; fotografie piet hermans
Hij ontploft als-ie terugdenkt aan de manier waarop ze hem uiteindelijk de opvang ‘uitbonjourden’ naar een eigen woning. Hoe hij op vierhoog aan de rand van de stad belandde. ‘Ik werd vrijdagmiddag gebeld of ik maandag bij Eigen Haard wilde komen tekenen. Wat denk je, als ik jou morgen bel en zeg: overmorgen ga je verhuizen... dan raak je in paniek, iedereen! Ik zeg: ik teken helemaal niets, stelletje mafkezen, vierhoog, ik ben drieënvijftig, ik heb astma. Maar ja, ik had geen keus, ik moest wel. Als je niet tekende lag je eruit.’
‘Micha’, de initiatiefnemer van de stichting P2P (People to People) Wijs naar huis, wil niet met zijn naam in de krant. ‘Ik kies nu voor mijn eigen leven. Bovendien is het stigma heel erg groot. Mijn ouders zeiden tegen bekenden wel dat ik alcoholist was. Alcohol heeft iedereen in zijn familie, cocaïne, gokverslaafd, dat kent iedereen. Maar dakloos? Dat is je eigen schuld. Dus mijn ouders zeiden nooit dat ik bij het Leger des Heils zat, daar schaamden ze zich voor.’
Eenzaamheid en terugval
Jarenlang zat Micha in het buitenland, tot het bedrijf waar hij werkte failliet ging. Rond zijn vijfenveertigste kwam hij terug naar Amsterdam. ‘Naar niks, ik had vanwege mijn verslaving met niemand meer contact. Dus ik meldde me bij de opvang. Gelukkig kon ik regiobinding aantonen, omdat de medicijnen voor mijn astmatische bronchitis altijd via een apotheek in Amsterdam besteld waren.’ In de Haven van het Leger des Heils op het Hekelveld kwam hij in 2013 Saïd Sadaoui tegen.
‘Een oudere Marokkaanse man die al wat langer in het traject zat. Wij dronken samen een biertje op de brug, we praatten veel en als ik weer eens uit mijn dak ging kon Saïd mij een beetje in het gareel houden’, vertelt Micha. ‘Saïd is een hele lieve, wijze man, ik noemde hem pappie. Hem hebben ze naar de rand van Buitenveldert gebonjourd, ver weg van zijn Marokkaanse slagertje, waar hij nu tegenover de synagoge woont, zonder een cent, zelfs niet voor de bus, dus die man vereenzaamt.’
Ze besloten ‘gas te geven’ met het oprichten van de stichting P2P Wijs naar huis. Micha: ‘Want er worden grove fouten gemaakt, waardoor mensen weer op straat belanden en dat gun je niemand, je ergste vijand niet. Eenzaamheid en terugval liggen op de loer. En aan wie vraag je dan hulp?’ Behalve Sadaoui ontmoette hij in De Haven ook de dakloze chef-kok Henk Scholten. ‘Drie sterke persoonlijkheden, anderen werden daarin meegetrokken en er ontstond een groep mensen die van alles samen deden’, vertelt Scholten, een warme man met een vrolijke uitstraling.
Mooie start
Henk Scholten en Saïd Sadaoui maakten in 2017 de papieren voor de Stichting P2P Wijs naar huis in orde. Ze wonnen een prijs voor het beste idee van Amsterdam, 2500 euro, een mooie start. Nu is er een stevig bestuur en een website. Ook de vriendin van Scholten helpt mee, evenals een groeiende groep vrijwilligers. ‘Vanaf het begin waren we “jongens-onder-mekaar”’, vertelt Scholten. ‘Micha is zijn eigen weg gegaan, hij maakte een herstelplan en ging naar een ontwenningskliniek, echt petje af’, zegt ‘pappie’ Sadaoui trots. ‘Maar wat er ook gebeurt, we houden altijd contact’, verzekert Scholten.
Hij vertelt met smaak hoe het allemaal begon. ‘De bewoners van De Haven vroegen om vers eten, ze waren de doorgekookte maaltijden zat en daarom begonnen Saïd en ik te koken. Algauw werden we ook op andere locaties gevraagd.’ Maar hij huivert als hij terugdenkt aan de winteropvang waar ze kookten. ‘Ik zag daar mensen binnenkomen, dat je dacht: nóóit meer.’ Emotioneel: ‘Mensen die álles kapot hadden door de kou, door buiten te slapen en geen hap te eten. Iemand die bedelde om een broodje, nou dan ga ik er tien smeren, ik kan daar niet tegen. Wel ben ik blij dat ik er meegewerkt heb, want ik heb daar gezien hoe erg het is om écht dakloos te zijn. En ik dacht toen ook: ik moet hier zo snel mogelijk uit.’
Sadaoui: ‘Je treft er een hele gemixte groep, ook mensen met grote psychische problemen. Soms uit oorlogsgebieden, lang geleden al gevlucht en mét papieren, maar dan later toch in de war geraakt. Met die mensen wordt niet echt gepraat, ik heb het zelf ook meegemaakt. Hulpverleners leggen je een lijst voor uit de jaren zestig met honderd vragen die je moet beantwoorden, het slaat nergens op, een goeie diagnose krijg je daar echt niet van. Ik zei: práát gewoon met mij, dan vertel ik wat er aan de hand is.’
Aan het lijntje gehouden
Ze wonen allebei weer op zichzelf. Scholten: ‘Na vier jaar aanklungelen heb ik nu mijn huis terug en ik werk weer als kok, op het Leidseplein, daar hadden ze me veel eerder mee kunnen helpen, maar ik ben vier jaar aan het lijntje gehouden. Begrijp me goed, we waren blij dat we bij de daklozenopvang in een traject konden komen.’ Sadaoui vult aan: ‘Als je zelfredzaam bent krijg je geen hulp. Iemand heeft mij toen geadviseerd om te zeggen dat ik verslaafd was en psychische problemen had.’
Scholten: ‘Maar als je goed nadenkt wat er gebeurt met zo’n jongen als ik, daar gaan ze niet goed mee om. Er zitten zoveel jongens in de maatschappelijke opvang die, als ze meteen goed geholpen waren met onderdak, nu geen uitkering hadden gehad. En ik wil de mensen bij elkaar brengen die dat is overkomen.’ Ook Micha benadrukt dat hij bijna zeven jaar – ‘veel te lang’ – in een traject heeft gezeten voor hij weer zelfstandig kon gaan wonen.
‘Er worden grove fouten gemaakt,
waardoor mensen weer op straat belanden’
Elke maand organiseren ze nu een bijeenkomst met eten en voorlichting in Woonhotel Ruysdael, onderdeel van de thuislozenopvang van HVO-Querido. ‘Wij springen in een heel diep gat’, zegt Scholten. ‘Als de begeleiding na een jaar stopt en je bent alleen, soms na jaren in de Maatschappelijke Opvang, dat gaat vaak niet goed. Heel veel mensen vallen terug. De instanties denken altijd aan geld, maar als iemand drie jaar dakloos is gaat het meer kosten, want je verliest écht alles en het lukt maar weinig mensen om er weer uit te komen na zo’n periode.’
Sadaoui: ‘Als je in een buurt woont zonder begeleiding, ben je aangewezen op het maatschappelijk werk in de wijk. Daar moet je om tien uur in de rij staan tot je aan de beurt bent en dan heb je een uurtje. De meesten zeggen dan: laat maar, en verliezen hun huis weer door schulden. Omdat ze hun post niet meer open durven maken, waardoor ze in de eerste plaats al dakloos werden. En er komen steeds meer schulden door faillissementen, door echtscheiding. Het is een ramp. Daar willen wij helpen.’
Aisha
In de roestvrijstalen keuken van hotel Ruysdael drukt pappie met platte hand het gehakt op de grote ovenlades met groentelasagne aan. ‘Ja hoor, we koken hier halal, dat moet wel met zo’n gemengde groep eters’, roept hij vrolijk, met een knipoog naar de keukenhulp, een adolescent van gemengd Algerijnse afkomst die door Scholten ‘uit De Haven geplukt’ werd en onder dak gebracht. ‘Dat is toch geen plek voor jongeren tussen al die alcoholisten en druggebruikers?’
De gasten druppelen langzaam binnen. Sommigen wonen nog boven in het hotel, anderen hebben inmiddels een eigen huis. Zoals Aisha. Een Amsterdamse dertigster met Marokkaanse roots die door huiselijk geweld op straat kwam: ‘Het blijf-van-mijn-lijfhuis zat vol en omdat ik zogenaamd zelfredzaam was kwam ik op straat terecht. Een begeleider van de winteropvang zag dat ik daar niet thuishoorde en heeft mij op persoonlijke titel verder geholpen. Ik zat een tijdje bij HVO, maar daar hebben ze mij er weer uitgegooid.’
‘Het ergste is misschien wel dat je
ook een gedeelte van je ziel kwijtraakt’
Na veel omzwervingen kreeg Aisha via Housing First een woning. Dat valt na vier maanden nogal tegen, vertelt ze. Ze loopt tegen allerlei problemen aan. ‘Zo was er geen internetverbinding. Dat kost meteen driehonderd euro, die ik niet heb. Ik word begeleid door een stagiaire, die mij voor alles naar de woningbouw verwijst. De buren doen vijandig, misschien omdat ik een hoofddoek draag, ik durf eigenlijk niet alleen thuis te zijn. Een hond mag ik niet nemen. En mijn opgebouwde jaren bij Woningnet, elf jaar, gelden nu niet meer.’
Zo hebben de dertig gasten die op Tweede Paasdag 2018 naar de bijeenkomst komen allemaal hun eigen verhaal. ‘Het ergste is misschien wel dat je ook een gedeelte van je ziel kwijtraakt’, zegt Robert, die de gasten opvangt en een oogje in het zeil houdt. Hij was medewerker Sportbeheer toen die afdeling van Pantar werd opgeheven, waarbij zeshonderd medewerkers hun baan verloren. ‘De regering heeft mij op straat gezet. Ik ben mijn vertrouwen in dat soort mensen helemaal kwijt.’
Om privacyredenen zijn de voornamen in dit verhaal gefingeerd.
Info : p2pwijsnaarhuis.nl en herstelwerkt.nl
Kader:
Het Herstelbureau
Na zijn besluit om af te kicken en zijn terugkomst uit een verslavingskliniek, volgde Micha een vierdaagse cursus bij het Herstelbureau van HVO-Querido. ‘Daar wissel je ervaringen uit aan de hand van thema’s. Je legt er ook nieuwe contacten. Van daaruit heb ik een soort van besef gekregen dat heel veel mensen de weg kwijt zijn, of dat nu verslaving is, psychisch, of dakloos. Later heb ik nog lezingen verzorgd bij het Leger des Heils en de Hogeschool van Amsterdam.’
Het Herstelbureau is de laatste jaren flink gegroeid naar acht betaalde medewerkers en een grote groep vrijwilligers. Teammanager Karla Nijnens is enthousiast over de manier waarop herstel binnen haar organisatie voet aan de grond krijgt. ‘Het Herstelbureau ondersteunt mensen bij hun eigen stappen in het herstelproces.’ Ze werken tegenwoordig door heel Amsterdam en ‘voor iedereen’.
Micha werd al in 2015 door Nijnens op weg geholpen met de stichting P2P Wijs naar huis. ‘We kwamen er samen achter dat er weinig nazorg is voor dak- en thuislozen’, vertelt hij. Toen betrok hij zijn kameraden Saïd Sadaoui en Henk Scholten erbij. Het Herstelbureau droeg naar hun smaak te veel het stempel van HVO-Querido. ‘Voor mensen die uit de daklozenwereld komen is het sowieso moeilijk om na jaren wéér hulp te vragen. Want we zijn het zat, al hebben we jullie wel nodig gehad.’